Hoe houd ik de aandacht vast?
Je hebt stevig nagedacht over de preek, er behoorlijk wat uren in gestoken en alles nog eens doorgekeken. Het begin gaat goed. Maar halverwege zie je dat de aandacht wat verslapt. Links pakt iemand z’n mobiel, in het midden zit iemand ramen te tellen, rechts begint iemand te knikkebollen. En het lijken er steeds meer te worden. Onzekerheid slaat toe: De preek zit toch goed in elkaar? Heb ik een verkeerd tekstgedeelte gekozen? Had ik het thema anders moeten uitwerken?
Natuurlijk: je spreekt levendiger als een thema je persoonlijk raakt en de preek een duidelijke structuur heeft. Dus daar kan werk aan de winkel zijn. Maar dé manier om de aandacht van luisteraars vast te houden, is variatie in stemgebruik.
Om te beginnen is het handig om een opname van een van je preken te beluisteren. Dat kan behoorlijk eng zijn – je stem klinkt bijvoorbeeld anders dan in je hoofd – maar het geeft veel informatie over uw manier van spreken. Vind je dat je natuurlijk en boeiend spreekt? Hoeveel afwisseling zit er in de toonhoogte? Cirkelt je stem vaak rond dezelfde toon, dan is daar winst te behalen.
Drie tips om met meer variatie te spreken:
- Doe de volgende oefening: Zeg: “Dat heb je goed gedaan!”. Leg de klemtoon, met een hogere stem, eens op respectievelijk ‘dat’, ‘heb’, ‘je’, ‘goed’ en ‘gedaan’. Hoe verandert de betekenis van de zin? Als je de zin ongeïnteresseerd of enthousiast probeert te zeggen, wat gebeurt er dan met toonhoogte en levendigheid? Hoe klinkt de zin het meest overtuigend en geloofwaardig?
- Oefen met meer stemsprongen omhoog en omlaag in je preek. Kies concreet waar je de nadruk legt en vraag je af: waarom daar?
- Zoek naar afwisseling binnen de preek als geheel. Wat wil je met welk gedeelte bereiken? Wil je vertellen, uitleggen, enthousiasmeren, appelleren? Welk stemgebruik past het best bij welk gedeelte?
Ik wens je toe dat je goed doordachte boodschap en zorgvuldig gekozen opbouw zo nog beter tot hun recht komen!
Een eerdere versie van dit artikel werd geplaatst op www.theologie.nl.